Zoeken

Duurzaamheidsinformatie

Op het gebied van duurzaam beleggen is er veel wet- en regelgeving. Die regels schrijven voor dat een pensioenfonds zelf mag kiezen volgens welke meetlat het fonds wordt beoordeeld. Omdat de ontwikkeling van meetinstrumenten van duurzaam beleggen nog volop bezig is, kiest Stap ervoor om voorlopig in de minst strenge groep te vallen. Dat neemt niet weg dat Stap wel initiatieven neemt op het gebied van duurzaam beleggen, zo ondertekende Stap het IMVB-convenant.

SFDR

De EU heeft de verordening Sustainable Finance Disclosure Regulation (SFDR) opgesteld. Dit is onderdeel van het EU Actieplan Duurzame Financiering. Doel van deze verordening is om transparantie te vergroten of een bedrijf of product duurzaam is. In de verordening staat dat Stap als algemeen pensioenfonds moet voldoen aan bepaalde eisen op het gebied van informatieverstrekking over duurzaam beleggen.

Ongunstige effecten van beleggingsbeslissingen op duurzaamheidsfactoren niet in aanmerking genomen

  • Stap weegt de belangrijkste negatieve impact op duurzaamheidsfactoren niet mee bij investeringsbeslissingen (opt-out). Het betreft hier de belangrijkste ongunstige effecten in de zin van artikel 4 van de SFDR.  
  • Stap is in afwachting van standaarden die nog ontwikkeld moeten worden en van de benodigde data. Pas daarna kan Stap meten in hoeverre de beleggingen van Stap ecologisch duurzaam zijn. Stap blijft zich daarvoor inspannen

Stap volgt de ontwikkelingen rond de betrouwbaarheid van data (PAI-rapportages) op de voet. PAI staat voor Principal Adverse Impact en zijn duurzaamheidsfactoren waarmee bedrijven rekening moeten houden bij hun beleggingsbeleid en –beslissingen. Stap ziet namelijk wel degelijk voordelen in de manier waarop informatie via PAI-rapportages wordt verkregen. Met behulp van data komt Stap tot objectieve inzichten. Maar data moet wel betrouwbaar zijn. Op dit moment is Stap nog niet in staat  om uitspraken te doen over de kwaliteit van deze data. 

De invoering van de SFDR blijft onderwerp van gesprek tussen Stap en de fiduciair manager. Stap wacht de beoordeling van de PAI-data door de fiduciair manager af. Daarna overweegt Stap opnieuw de keuze voor ‘opt-out’ op de belangrijkste ongunstige effecten van beleggingsbeslissingen op duurzaamheidsfactoren

Classificatie pensioenregelingen

  • Stap classificeert de pensioenregelingen van alle pensioenkringen niet als een financieel product waar duurzame kenmerken gepromoot worden. Dit betekent dat deze regelingen geen duurzame doelstellingen hebben en dat ze geen sociale of ecologische kenmerken promoten. Daarmee valt Stap onder Artikel 6 van de SFDR. Het belangrijkste aspect van een pensioenregeling is het financiële resultaat dat nodig is voor een goede oudedagsvoorziening.

Uiteraard vindt Stap een gezonde (macro-economische) omgeving belangrijk. Stap wil dit bereiken door te beleggen in ondernemingen en landen die lange-termijn waarde-creatie voorop stellen. Daarom is duurzaamheid wel een belangrijk aandachtspunt in de onderliggende beleggingen van Stap.

Taxonomie

Daarnaast is er een zogenoemde EU taxonomieverordening. Dit is een raamwerk om te bepalen of investeringen in economische activiteiten duurzaam (‘groen’) zijn.

Voor de pensioenregelingen geldt dat Stap niet via de onderliggende beleggingen investeert in activiteiten die vallen onder de milieudoelstellingen van de taxonomie. Zodoende is de percentage van ecologisch duurzame beleggingen in onze portefeuilles volgens deze definitie 0%.

IMVB Convenant

Maar dat wil niet zeggen dat Stap niet ook nu al actief is op het gebied van duurzaam beleggen. Elders op deze website leest u daar meer over. Zo heeft Stap het Convenant Internationaal Maatschappelijk Verantwoord Beleggen Pensioenfondsen (IMVB-convenant) ondertekend. Dit is een samenwerking van de Nederlandse pensioenfondsen met maatschappelijke organisaties (ngo’s), vakbonden en overheid. Het convenant heeft als doel om negatieve gevolgen van beleggingen door pensioenfondsen op samenleving en milieu te voorkomen en aan te pakken. Voor Stap betekent dit onder andere dat:

  • Stap rekening houdt met de negatieve effecten van onze beleggingsbeslissingen op duurzaamheidsfactoren in de zin van het IMVB-convenant. Om die reden hebben wij een MVB-beleid opgesteld waarin internationale normen en standaarden het uitgangspunt zijn. Zoals UN Global Compact, UN Guiding Principles for Business en Human Rights en OESO-richtlijnen.
  • Stap verschillende aspecten van een beleggingsbeslissing evalueert. De onder de SFDR gehanteerde definities zijn beperkt. Dat heeft natuurlijk tot doel om de vergelijkbaarheid te vergroten en dat juicht Stap toe. Maar Stap ziet ook een aantal nadelen in deze aanpak. De beperking van het aantal meetdoelen en de afhankelijkheid van bepaalde data kan leiden tot tunnelvisie. Stap is voorstander van een bredere aanpak. Volgens Stap passen de regels van het IMVB-convenant daar op dit moment beter bij.

Duurzaamheid bij Stap

Hieronder licht Stap een aantal overige aspecten van duurzaamheid toe en maakt ze inzichtelijk.

  • Hoe integreert Stap duurzaamheidsrisico’s in de beleggingsprocedures?
    Dit is altijd al een integraal onderdeel van onze beleggingsprocessen. Duurzaamheidsrisico’s (of ESG-risico’s) ontstaan als zich een gebeurtenis voordoet op ecologisch, sociaal of governance gebied, die een negatief effect op de waarde van de belegging kan veroorzaken. Stap identificeert mogelijke duurzaamheidsrisico’s onder andere aan de hand van  maatschappelijke trends en wetenschappelijke publicaties. Stap neemt de relevante duurzaamheidsrisico’s mee in de volgende beleggingsprocessen:
    • Risicostrategie en eigen risicobeoordeling;
    • ALM-studies;
    • Strategisch beleggingsbeleid en praktische (ESG-) invulling voor de beleggingscategorieën;
    • Beoordeling van de duurzaamheidsaanpak van de vermogensbeheerders als onderdeel van de management selectie en monitoring die is uitbesteed de fiduciaire manager. 
       
  • Hoe integreert Stap duurzaamheidsrisico’s in het beloningsbeleid?
    Stap kent geen variabele beloningen toe aan de bestuurders en medewerkers van het Bestuursbureau. Er is dus geen prikkel die aanzet tot het nemen van (duurzaamheids)risico’s, risicovol beleggen of minder zorgvuldig risicomanagement. 
     
  • Hoe integreert Stap duurzaamheidsrisico’s in de beleggingsbeslissingen? 
    Naast traditionele risico’s als markt- en inflatierisico, neemt Stap ook duurzaamheidsrisico’s integraal mee in het beleggingsproces. Stap onderkent daarbij de volgende duurzaamheidsrisico’s die potentieel de waarde van de portefeuille kunnen beïnvloeden:
    • Governance
      Gebrekkig ondernemingsbestuur komt vaak tot uiting in controverses en schandalen. De directe impact van dergelijke gebeurtenissen op de waarde van een bedrijf (en op het rendement) kan groot zijn. Als deze misstanden op termijn worden opgelost, zal ook de waarde van het bedrijf weer stijgen. Stap belegt voor de lange termijn in een breed gespreide portefeuille van bedrijven. Daardoor blijft het effect op het rendement van de totale portefeuille naar verwachting beperkt.
    • Mensenrechten 
      Schendingen van mensenrechten kunnen zowel financiële gevolgen als reputatierisico’s hebben voor een pensioenfonds. Vanuit haar maatschappelijke rol kiest Stap ervoor om landen die mensenrechten schenden op voorhand uit te sluiten. Ook bedrijven die betrokken zijn bij de productie van controversiële wapens sluit Stap uit. Desondanks kan de situatie zich voldoen dat bedrijven in de portefeuille mensenrechten schenden. In het geval van schending van mensenrechten door bedrijven die zich in de vorm van schandalen en controverses manifesteren, zal de impact op het rendement van de aandelenportefeuille naar verwachting vergelijkbaar zijn met controverses op het vlak van governance.
    • Klimaatverandering 
      De beleggingsportefeuille van Stap is blootgesteld aan de risico’s die voortvloeien uit klimaatverandering. Enerzijds door de energietransitie en de daarbij horende wet- en regelgeving. Anderzijds door de fysieke risico’s van klimaatverandering (extreem weer, overstromingen, droogte etc.).
      Stap wil graag inzicht krijgen in de gevolgen van klimaatverandering op de  beleggingsportefeuille. Daarom past Stap in de ALM-studie twee scenario’s toe. Eerst is er een transitiescenario. Daarbij doet Stap de aanname dat de transitie plotseling en in één keer plaatsvindt. En er is een 4-graden-scenario, waarin het klimaat heel erg verandert. We krijgen dan vaker te maken met extreem weer.
      De impact van deze scenario’s op de waarde van beleggingen verschilt per Pensioenkring.
    • Biodiversiteit 
      Biodiversiteit laat zien hoe gezond de natuur is. Het zorgt voor ecosystemen waarin organismen kunnen leven. Permanent verlies van biodiversiteit vormt één van de grootste systeemrisico's voor al het leven op onze planeet. Het is sterk verbonden met  klimaatverandering. Verlies aan biodiversiteit heeft grote gevolgen. Niet alleen voor de natuur, maar ook voor de samenleving, de economie en financiële instellingen, zoals pensioenfondsen.
      Stap heeft nog geen methode om te achterhalen hoe activiteiten die een negatief effect hebben op de biodiversiteit doorwerken in onze beleggingsportefeuille. Die methode is nog in ontwikkeling. De impact van dit risico op het beleggingsrendement is lastig in te schatten maar is mogelijk vergelijkbaar met het effect van klimaatverandering.

Om duurzaamheidsrisico’s te beheersen, maakt Stap gebruik van verschillende instrumenten. De inzet van deze instrumenten is een onderdeel van ons MVB-beleid, ons strategisch beleggingsbeleid en ons volledige beleggingsproces.

Bij de selectie (en monitoring) van de externe vermogensbeheerders beoordeelt Stap hoe zij omgaan met duurzaamheid (ESG). Ook neemt Stap deze aspecten mee bij de bepaling van het strategisch beleggingsbeleid voor de beleggingscategorieën. In de praktijk kan het bijvoorbeeld betekenen dat Stap een benchmark kiest waarin ESG-aspecten zijn geïntegreerd. Of dat Stap een keuze maakt voor actief beheer. Van de vermogensbeheerders van actief beheerde mandaten vereist Stap dat zij ESG-integratie toepassen in het investeringsproces.